Zet je kattenbril op!
- Denise van Lent
- Nov 10, 2015
- 5 min read

Katten zijn mysterieuze wezens. Van het ene op het andere moment kunnen ze veranderen van spinnende knuffelbeesten in geïrriteerde en afstandelijke dieren. Deze schijnbaar bizarre stemmingswisselingen zijn (door een kattendeskundige) vrij logisch te verklaren vanuit het perspectief van de kat. Wanneer je de wereld bekijkt door zijn ogen wordt hij een stuk minder onvoorspelbaar en zal je hem beter kunnen begrijpen. Lees in deze eerste blog-bijdrage op Kat.nl/Kat.be van mijn hand hoe je je kattenbril opzet!
Waarom doen katten wat ze doen? Is jouw kat een professioneel 'bankversnipperaar' en doen de gordijnen je nog het meest denken aan al dente gekookte spaghetti? Heeft je kat je mooiste karpet gebombardeerd tot ultieme plek om te plassen? Krijg je het maar niet aan zijn verstand dat hij niet op het aanrecht mag, ondanks veelvuldig gebruik van de plantenspuit? Vervelend! Zowel voor jezelf als voor de kat. Het zegt namelijk iets over de mate waarin hij zijn natuurlijke gedrag kan uiten. Kattengedrag is dat wat een kat juist wel of niet doet. Het wordt aangestuurd door zijn hersenen. Natuurlijk gedrag heeft altijd een duidelijk doel. Zo vertoont een kat bijvoorbeeld eetgedrag omdat hij bepaalde voedingsstoffen binnen moet krijgen om te kunnen overleven. Natuurlijk gedrag is iets wat aangeboren is, wat in het systeem van de kat zit, en wat dus vanzelf gaat. Zijn lijf en geest zijn erop gericht om alles te doen wat overleven bevordert. Het niet kunnen vertonen van natuurlijk gedrag wordt door de kat ervaren als een bedreiging van zijn overlevingskansen en dit wekt per definitie stress op. Hij heeft hier zowel geestelijk als lichamelijk last van, dus je mag dit niet onderschatten. Katten zijn zelf óók prooidieren in de natuur! Katten komen oorspronkelijk in ruige omgevingen voor zoals de woestijn en de savanne. Zij moeten hier telkens alert op gevaar zijn, want het zijn, anders dan velen denken, van nature zelf óók prooidieren! Katten worden gegeten door coyotes, en grote roofvogels willen nog wel eens een kitten verslinden. Dat deze roofdieren in Nederland niet (vaak) voorkomen weten katten niet. Het is daarom belangrijk om de kat een veilig gevoel te geven, ook in de woonkamer. Katten zijn constant bezig met het scannen van hun leefomgeving en maken een risicoanalyse: is er iets veranderd in mijn omgeving en brengt dat mij in gevaar? Dat maakt katten zulke stressgevoelige dieren. Katten houden in de regel niet van verandering en schrikken bovendien snel. Ze geven dus sterk de voorkeur aan voorspelbaarheid. Ook wanneer je hen aait bijvoorbeeld. Ze willen handen rustig zien aankomen. Ze houden niet van plotselinge bewegingen. Wanneer je een onverwachte beweging maakt met je hand tijdens het aaien, dan kan de kat schrikken en hierop reageren door uit te halen. Hij bedoelt dat dan écht niet gemeen! Voor de kat leek de beweging die jij met je hand maakte, even op iets gevaarlijks, waardoor hij genoodzaakt was om zichzelf te beschermen. Stel je voor dat er, op een onbewaakt moment, een roofvogel een aanvalsduik maakt, dan wil je als kat toch snel uitgehaald hebben met je scherpe klauwen om de roofvogel weg te jagen?
Als het aan de kat lag kocht ze... een keukenaanrecht! Elke diersoort heeft zijn eigen soort gedrag. Het gedrag van dieren is zo aangepast aan de omstandigheden van een bepaalde omgeving dat ze er goed kunnen overleven. Voor een dier dat van nature in een waterrijke omgeving leeft is ander gedrag belangrijk dan voor een dier dat in de woestijn voorkomt (zoals van nature bij de kat het geval was). De kat heeft een hele waslijst aan natuurlijk gedrag dat hij moet kunnen vertonen om lekker in zijn vacht te zitten. Dat betekent dat de kat bepaalde dingen wil/moet doen op zijn eigen 'kattenmanier'. De kat dwingen om het op een 'mensenmanier' te doen werkt niet. Katten zijn immers geen mensen! Een kat moet regelmatig eten en drinken, krabben/krabbelen, jagen, sociaal contact hebben, rusten, communiceren en seksueel gedrag vertonen. En de kat moet zich, zoals eerder uitgelegd, veilig kunnen voelen.
Wat mensen zich vaak niet realiseren, is dat katten geen verschil kunnen maken tussen mensenspullen en kattenspullen!
Een kat ziet echt niet dat je die mooie dure klimpaal speciaal voor hem hebt gekocht. Hij kan niet begrijpen dat de klimpaal voor katten bestemd is (en niet voor mensen). Aangezien klimpalen vaak aantrekkelijke eigenschappen hebben voor katten, maken de meeste katten er heus wel gebruik van. Maar een kerstboom, die eigenlijk niet voor de kat bedoeld is, zal net zo enthousiast door hem worden ontvangen. De kerstboom, met al zijn beweeglijke versieringen, is immers ook erg aantrekkelijk voor een kat. Het verschil zien en snappen katten niet. Jouw aanrecht is voor je kat dan ook niet anders dan een object om op te springen. Wil je dus dat je kat niet meer op het aanrecht komt? Dan moet je ervoor zorgen dat er een alternatief aanwezig is voor de kat met aantrekkelijkere eigenschappen. Hetzelfde geldt voor krabben/krabbelen. Katten zijn erg vindingrijk. Wanneer er geen voorzieningen zijn om het natuurlijke gedrag te uiten, dan zoeken zij daar zelf een oplossing voor. Wanneer de kat toch de bank prefereert, terwijl er wel een krabplank of krabpaal in huis aanwezig is, dan betekent dit meestal dat de krabgelegenheid niet aan de wensen van de kat voldoet. Wellicht keurt hij de locatie af, of wil hij liever horizontaal krabben.
Poes dat mag niet, hoor! Als kattengedragsdeskundige breekt mijn hart dagelijks door (goedbedoelde) adviezen over het aan- en afleren van gedrag. Deze tips komen vrijwel altijd neer op het toebrengen van ongerief. De straffen variëren van de kat nat spuiten, tegen de kat schreeuwen, de kat pijn doen, de kat laten schrikken of hem in aanraking brengen met een of ander onprettig chemisch goedje (benzine, shag, sambal, etc.). Deze methoden werken perfect om de kat bang te maken voor jou als kattenbaasje, maar écht niet om hem iets af te leren! Een kat snapt namelijk niet dat hij 'stout' is als hij bijvoorbeeld op tafel springt. Hij springt in zijn beleving op een voorwerp waarvoor geen andere regels gelden dan voor zijn krabpaal (waar hij wel op mag springen). Het enige dat de kat leert van straffen, is dat zijn baasje heel onvoorspelbaar is en uit het niets iets vervelends kan doen. En daar worden katten behoorlijk angstig en zelf onvoorspelbaar van. Een kat doet iets omdat het hem iets positiefs oplevert. Belonen werkt daarom wél goed, in tegenstelling tot straffen!
Wat werkt er dan wél? Het antwoord is simpel: de kat vriendelijk corrigeren en belonen in geval van gewenst gedrag. Wanneer je je kat bijvoorbeeld wilt afleren om op het aanrecht te springen, haal hem dan consequent van het aanrecht af en zet hem ergens anders neer. Het op het aanrecht springen levert de kat zo niets positiefs op en al snel zal de kat uitwijken naar een andere plek of bezigheid. Als er dan ook nog een alternatief in de buurt is, zoals een mooie klimpaal, dan zal de kat daar doorgaans spoedig zelf voor kiezen. Beloon hem voor dit gedrag met een lekkernij en geloof me, je kunt de plantenspuit weer gebruiken waarvoor hij bedoeld is, namelijk de planten water geven!
Comments